Pyriet is er in diverse groeivormen te krijgen.
Deze variëteit komt uit Noord-Spanje. Prachtige mooie kubussen.
De naam pyriet is zeer oud, afgeleid van het oude Griekse πυρίτης λίθος, pyritēs lithos, steen waar vuur vanaf slaat, vergelijk pyrotechniek voor vuurwerkkunst, of het Engelse pyre voor brandstapel, omdat men vonken kon maken door pyriet tegen vuursteen of ijzer aan te slaan. Onder vuursteen wordt tegenwoordig iets anders begrepen, een bepaalde vorm van SiO2. Andere namen die men voor pyriet tegen kan komen zijn ferrosulfide, zwavelijzer en de minder gebruikelijke woorden ijzerblende en ijzerkies. Pyriet werd vroeger wel voor nepgoud verkocht omdat het goudachtig glanst. Deglans verandert echter als het glansvlak kantelt, bij goud blijft de goudglans hetzelfde. Pyriet is hard en hoekig, met scherpe randjes, terwijl goud rond en zacht is. (Bron Wikipedia)
Pyriet werd soms voor goud aangezien. Daarom werd soms de pyriet ook wel ‘gekken goud’ genoemd. Hier zullen vele (onwetende) goudzoekers zich op verkeken hebben.
