Ontdekking

In het verleden werd bismut vaak verward met tin of lood omdat het daar veel eigenschappen mee deelt. In 1753 lukte het de Franse wetenschapper Claude François Geoffroy om bismut te scheiden van lood.

De naam is afkomstig van het Duitse Wismut, wat vermoedelijk een verbastering is van witte massa.

Toepassingen

Bismut wordt veel toegepast bij de productie van cosmetica en geneesmiddelen (bijvoorbeeld bismutsubsalicylaat, dat tegen indigestie wordt gebruikt). Daarnaast zijn er nog andere industriële toepassingen:

Sinds het begin van de jaren negentig wordt onderzocht in hoeverre bismut als niet-giftige vervanger van lood bij verschillende industriële processen kan worden toegepast, zoals de hagel in een hagelpatroon van een jachtgeweer, dat nu reeds van toepassing is.

Opmerkelijke eigenschappen

Wismut Kristall und 1cm3 Wuerfel.jpgSynthetisch bismutkristal. Het oppervlak bestaat uit een iriserende, zeer dunne oxidatielaag.

Bismut is een breekbaar zwaar metaal dat als enige van die groep niet giftig is. Daarnaast is bismut het meest diamagnetisch. Het heeft een zeer gering elektrisch geleidingsvermogen en vertoont van alle metalen het hoogste Hall-effect. Bismut verbrandt onder vorming van een heldere blauw/groene vlam.

Bismut is een van de weinige stoffen die uitzet bij bevriezen; een eigenschap die het metaal deelt met water en gallium.

Lange tijd werd bismut algemeen gezien als het zwaarste stabiele element. In 2003 ontdekten Franse onderzoekers echter dat de stabielste isotoop, bismut-209, toch zeer zwak radioactief is.[1]

Wismut Kristall und 1cm3 Wuerfel.jpg
 

Verschijning

De belangrijkste bronnen van bismut zijn de mineralen bismutiniet en bismiet welke voornamelijk worden aangetroffen in Canada, Bolivia, Japan, Mexico en Peru. In de Verenigde Staten is bismut een bijproduct van de koper– en loodwinning. Andere bismuthoudende mineralen zijn bismutiet, tellurobismutiet en tetradymiet.

 

 Isotopen

Zie Isotopen van bismut voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Meest stabiele isotopen
IsoRA (%)HalveringstijdVVVE (MeV)VP
207Bisyn31,55 jEV2,399207Pb
208Bisyn3,68·105 jEV2,880208Pb
209Bi1001,9·1019 jα 205Tl

Hoewel er van bismut geen stabiele isotopen bestaan, zijn er wel enkele met een dusdanige lange halveringstijd, dat ze als stabiel kunnen worden beschouwd. 209Bi heeft bijvoorbeeld een halveringstijd van 1,9·1019 jaar (ongeveer een miljard keer de leeftijd van het heelal) en komt dus nog van nature voor. Daarnaast is er een klein aantal radioactieve isotopen bekend met middellange halveringstijden.

Toxicologie en veiligheid

Hoewel bismut tot de zware metalen behoort, is het onschadelijk voor organismen.

Bron: Wikipedia